Pleistocene strandschelp
- Biota - Animalia - Mollusca - Bivalvia - Autobranchia - Heteroconchia - Euheterodonta - Imparidentia - Venerida - Mactroidea - Mactridae - Mactrinae - Mactra

| Bijzonderheden | : | Buitenlandse soorten soms een weinig gapend aan de achterzijde. 1 |
ExoskeletEen versteviging van het lichaam aan de buitenkant en direct zichtbaar | : | ja 2 |
| Schelp | : | ja 2 |
| Vorm | : | breed driehoekig tot ovaal 1 |
| Tweekleppig | : | ja 2 |
| GelijkkleppigBij tweekleppigen of de linker- en de rechterklep min of meer gelijk zijn | : | ja 3 |
| HoogteDe maat van top tot onderrand | : | 64 mm |
| LengteVan apex tot opening, voornamelijk bij stoottanden | : | 72 mm |
| DikteDikte van het schelp materiaal | : | De meeste soorten vrij stevig en ondoorschijnend, enkele teer en doorschijnend. 1 |
| SemidiameterCommissuurvlak tot grootste bolling | : | 44 mm |
| Umbo
| : | ongeveer in het midden, tamelijk opgeblazen en uitstekend. 1 |
| AchterrandBij tweekleppigen de zijde waar de sipho's uitkomen | : | bij sommige soorten iets hoekig of toegespitst. 1 |
| PeriostracumHet periostracum is in het Nederlands bekend als de opperhuid. Het is de buitenste laag van de schelp, opgebouwd uit conchioline vermengd met kalk, en beschermt de schelp tegen de inwerking van (zee)water en zuren. | : | ja 1 |
| Dikte | : | gewoonlijk weinig resistent 1 |
| Kleur | : | bruingeel 1 |
| Structuur | : | vezelig 1 |
| OstracumHet ostracum is de tweede laag van de schelp. Deze laag, ook wel prismalaag of porseleinlaag genoemd, bestaat uit calciet, of uit calciet en argoniet, wat voornamelijk bestaat uit calciumcarbonaat. Het zijn kleine primatische kristalletjes die loodrecht staan op de buitenste laag en dan prismalaag heet of als gekruiste lamellen en dan porceleinlaag heet. In beide gevallen hebben we het nog steeds over het ostracum. | : | ja 1 |
| Kleur | : | Wit, geel, bruin, rose of paarsachtig, soms effen, soms gevlekt, echter niet met een bepaald kleurpatroon. 1 |
| LunulaBij tweekleppigen een veldje voor de umbo dat min of meer duidelijk begrensd is. Ook bekend als maantje. | : | ja 1 |
| Beschrijving | : | vrij duidelijk te onderscheiden 1 |
| AreaEscutcheon of rugveld; Een min of meer duidelijk begrensd langwerpig veld achter de umbonen bij een deel van de tweekleppigen, naast en achter het uitwendig ligament. In het algemeen is het afwijkend van sculptuur van de rest van de schelp. | : | vrij duidelijk te onderscheiden 1 |
| LigamentHet ligament zorgt ervoor dat de kleppen in rust toestand open staan. Door het gebruik van de sluitspieren kan het dier de kleppen sluiten. Het ligament is gemaakt van conchioline. Het ligament kan inwendig en/of uitwendig zijn. Het inwendige deel heet het resilium en is een prop concioline die de kleppen open drukt. Het uitwendige deel heet het tensilium en bestaat uit een band conchioline die de kleppen open trekt. Het tensilium bevindt zich nabij de apex van de schelp. | : | ja 1 |
| Beschrijving | : | kleine lijst tussen uitwendig ligament en chondrofoor 1 |
| ResiliumHet inwendige ligament dat als een prop bij de umbo zit en de schelpkleppen open drukt. | : | ja 1 |
| SlotplaatDe plek waar de tanden van de schelp op staan | : | gebogen, resiliumveld steekt uit |
| TandenDe tanden zorgen ervoor dat de twee kleppen netjes op elkaar sluiten:
| : | Heterodont 3 |
| CardinaalDe cardinale tanden liggen direct onder de top en zijn vaak wat kort en stomp. | : | ja 3 |
| Linker klep | : | ja 1 |
| Aantal | : | 1 1 |
| Beschrijving | : | in het midden als een driehoekig dakje gebogen. Vlak achter het achterste been van dit dakje en ongeveer parallel daaraan loopt een kleine smalle rand van kalk tussen de tand en de chondrofoor 1 |
| Rechter klep | : | ja 1 |
| Aantal | : | 2 1 |
| Beschrijving | : | tanden naderen elkaar aan de top, maar raken elkaar niet 1 |
| LateraalDe laterale tanden liggen wat verder verwijderd vanaf de top en zijn vaak wat langer gerekt. | : | ja 4 |
| Beschrijving | : | duidelijk ontwikkeld en glad, aan de binnen en buitenkant, in beide kleppen 1 |
| Rechter klep | : | ja 1 |
| Aantal | : | 4 4 |
| Voor | : | ja 1 |
| Aantal | : | 2 1 |
| Beschrijving | : | lang lijstvormig 1 |
| Achter | : | ja 1 |
| Aantal | : | 2 1 |
| Beschrijving | : | lang lijstvormig 1 |
| Linker klep | : | ja 1 |
| Aantal | : | 2 4 |
| Voor | : | ja 1 |
| Aantal | : | 1 1 |
| Beschrijving | : | lang lijstvormig, glad 1 |
| Achter | : | ja 1 |
| Aantal | : | 1 1 |
| Beschrijving | : | lang lijstvormig, glad 1 |
| HypostracumDe binnenste van de drie lagen (niet altijd aanwezig) ook wel parelmoerlaag genoemd. Deze laag is opgebouwd uit koolzure kalk die is afgezet in zeer dunne bladvormige kristallen. Wordt gemaakt door de gehele mantel. | : | nee 3 |
| Binnenzijde | : | 1 |
| Kleur | : | wit, of iets gekleurd doordat de kleur van de buitenzijde doorschemerd 1 |
| Umbonale holte | : | meestal tamelijk gewelfd 1 |
| Sluitspierindruksels | : | ja 1 |
| Aantal | : | 2 1 |
| Mantellijn | : | ja 4 |
| Mantelbocht | : | ja 4 |
| Beschrijving | : | niet tot het midden reikend; bij verschillende soorten ongelijk diep. 1 |
| Lichaam | : | ja 2 |
| Mantel | : | ja 2 |
| Voet | : | ja 4 |
| Vorm | : | lang, breed beginnend en in een smalle punt uitlopend 1 |
| Kleur | : | wit 4 |
| Byssusklier | : | nee 1 |
| Siphonen | : | ja 4 |
| Beschrijving | : | over de gehele lengte door een gemeenschappelijk omhulsel omgeven. 1 |
| Lengte | : | kort 4 |
| Ademhalingsorgaan | : | ja 3 |
| Kieuwen | : | ja 3 |
| Type
| : | Lamellibranch 3 |
| Habitat | : | leven ondiep ingegraven in zand, schelpengruis of modder. 4 |
| Diepte | : | Van de kust tot in diep water. 1 |
| Verspreiding | : | Alle zeeën van de wereld, vooral in de tropen. 1 |
| Literatuur | : |
|
| Foto verantwoording | : | gevonden Hoek van Holland 2009 (zandsuppletie) |
| Bronnen | : |